Sarah McLacken
Utrecht – HKU
BA Fine Art
Sarah McLacken (1997) vond haar schoolschriftjes thuis terug. Zoals dat gaat met een tijdsdocument, herkende ze hierin de puber die ze tien jaar geleden was. Toch hadden de aantekeningen en het uitgewerkte huiswerk nog steeds zeggingskracht, en ze besloot over de volgeschreven pagina’s nieuwe teksten en tekeningen te maken. Dat is volgens McLacken absoluut niet het uitwissen van de jeugd. ‘Het is niet alsof ik mijn kamer in het ouderlijk huis in de fik steek, ik geef de schriftjes eigenlijk een update’, legt ze uit. Bovendien is op de uitgegomde pagina’s de indruk van het potlood nog te zien. ‘Maar’, verzucht ze, ‘zulke details zijn niet zichtbaar in een online presentatie.’
Al voordat het culturele leven zich grotendeels online ging afspelen, zag McLacken dat de fysieke werkelijkheid op een scherm wordt platgeslagen. In de toelichting op haar werk gebruikt ze de term ‘digitaal fetisjisme’ om aan te geven dat we hier te maken hebben met een uitwas van consumentisme dat alles frictieloos behapbaar maakt. Als we met een nuchtere blik naar de gebruikswaarde van voorwerpen kijken, zouden we volgens McLacken tot de conclusie komen dat de aantrekkingskracht van glanzende iPhones gebaseerd is op een waanidee, en dat dit de wankele grond vormt waarop de prijs van deze gadgets tot stand komt.
Voor haar sculpturen, die nog het meest lijken op langgerekte figuren, maakt McLacken uitsluitend gebruik van goedkoop geproduceerde massaproducten. De huid van deze staanders maakt ze bijvoorbeeld van bedovertrekken, die ze op maat knipt om vervolgens de losse delen met de hand aan elkaar te stikken. Het meest waardevolle onderdeel van het werk is niet het materiaal, maar de uren aan arbeid en aandacht. Ze beschrijft het proces als ‘painstakingly slow, frustrating and arguably unnecessary’, maar legt uit dat emoties, irrationaliteit en de onvermijdelijke foutjes het werk juist menselijk maken.
De sculpturen zijn door hun gelijkenis met de menselijke gestalte ook karakters. Dat laatste woord moet hier worden opgevat in de ambigue zin die het heeft in de Engelse taal, te vertalen als teken. McLacken probeert de verhaallijn waaraan ze vasthoudt als ze korte verhalen schrijft, los te laten in haar beeldend werk. Toch koestert ze de spanning die tussen personages bestaat in een verhaal, door in haar beeldende praktijk naar ‘karakters’ te zoeken die eigenheid bezitten. Deze brengt ze samen in een ‘menagerie’: een verzameling wilde dieren. Dit levert al snel een non-lineair verhaal op, waarvan de toeschouwer het verloop mag bepalen.
Jorne Vriens
is kunstcriticus
Geef een reactie